Vandaag wil ik van het centrum naar de Schilderswijk lopen. De Schilderswijk is niet klein. Maar ik heb een bepaalde route in mijn hoofd.
Het begint al leuk als ik wandelend het fietspad oversteek en deze tekst lees:
Ik steek de weg over en ga naar de Boekhorststraat (zie blog). Die loop ik helemaal uit. De Boekhorststraat is de grens van het oude Centrum met de Schilderswijk. Als je het water overgaat ben je in de Schilderswijk. En daar heet de straat Koningstraat.
Een zijstraatje van de Boekhorststraat heet Katerstraat. Grappig om te bedenken dat die vlakbij de Bierkade is.
Geen florisant gebeuren.
Vanuit de Koningstraat kan ik de Grote Kerk zien.
De Koningstraat is rommelig. Verpauperde panden, vervallen winkeltjes, aanbiedingen, veel Nieuwe Nederlanders en wat louche types. Toch is er veel te zien in deze buurt.
Deze bewoner lijkt niet zo van het tuinieren te zijn.
In zijstraatjes hangt muurkunst. Zoals bijvoorbeeld deze van de Prinses Ireneschool.
Of wat dacht je van deze auto?
Hij staat inderdaad fout geparkeerd.
Maar kijk er nu nog eens naar.
Bijna aan het eind van de Koningstraat ga ik naar links. De Koninginnestraat in. Daar kom ik op een plein terecht waar een enorme troon staat. Het blijkt een buurtcentrum te zijn. Dat is nog eens een origineel idee.
Er staan opvallende bankjes in dit park. Zoals deze.
Als ik wat verder doorloop kom ik bij twee straatjes die op oude hofjes lijken. Het zijn de percelen van de Hoefkade. De Hoefkade is geen gezellige straat. Er rijden veel auto’s en er zijn smakeloze flatblokken.
Maar deze percelen zien er echt niet verkeerd uit.
Het vreemde is alleen dat er niemand loopt, er geen planten, banken, of fietsen voor de huizen staan en alle gordijnen dicht zijn. Alsof het hier onbewoond is. In het midden staat een soort grote kas. Ik kijk in de kas. Dit is geen kas. Maar een binnenplaats waar fietsen, zitjes en andere dingen staan. Het leven speelt zich hier binnen af. Niet buiten. Maar ook hier zie ik niemand.
Twee muurschilderingen op de woningen naast de kas zie ik wel.
De trein is begrijpelijk. Ik zit hier bij station Hollands Spoor. Maar het meisje hieronder kan ik niet helemaal plaatsen.
Ik sluit de wandeling af met een bezoekje aan ‘Club Vers’. Dit is een lunchroom naast het Hollands Spoor. Grappig, het personeel is blank en de bezoekers getint. Er zijn veel vrouwen met een hoofddoek, maar ook veel zonder. De inrichting is exotisch, met de tegelwanden en de kleurige zitjes.
De menukaart is Schilderswijk waardig: humus, baba ganoush, falafel, pita.
Ik ga zitten en start mijn blog.