Ik las vandaag een verontrustend artikel in de Zuidwester krant. Een lokaal krantje van Den Haag:
‘Afgelopen weken zijn er in het Zuiderpark vier dode zwanen gevonden. Het bleek dat bij deze watervogels de nek was omgedraaid. Bij de waterfietszwanen zijn ook de koppen eraf gesloopt.’
Wat gaat er door je heen als je zoiets wil doen? Die arme beesten. En waarom dan ook nog de waterfietszwanen onthoofden?
Ik heb veel zwanen gefotografeerd omdat ik ze zo mooi en indrukwekkend vond. Maar ze hebben ook de uitstraling: “Kom niet dichterbij want dan verpletter ik je met mijn vleugels en mijn snavel.”
Zou dat mensen tot woede hebben aangezet?
Ik heb eens een zwaan proberen te fotograferen die dichterbij kwam, maar op het meest fotogenieke moment haakte ik toch af. Te bedreigend.
Laatst zag ik een man een zwaan voeren. De zwaan klapperde met zijn enorme vleugels en maakte sprongetjes in de lucht richting de man. Ik kreeg bijna een hartverzakking maar de man bleef rustig doorgaan met voeren en trok zich niks aan van het machogedrag van de zwaan. Zo moet dat dus, dacht ik nog.
In een artikel op het internet vertelde een personeelslid van de dierenambulance dat zwanen je niet dood kunnen klappen. De tip om zo hard mogelijk weg te rennen, deed zij af met een:“Welnee joh, gewoon wijdbeens blijven staan en jezelf groot maken. Dan druipt de zwaan vanzelf af.” Tja, anderen zeggen weer dat je plat op de grond moet gaan liggen en je hoofd moet beschermen. Of, zo hard mogelijk weg rennen. Ik weet niet wie ik moet geloven. Maar toegegeven, hoe meer ik ze fotografeer, hoe meer gefascineerd ik raak ze eens in vol ornaat op de foto te krijgen.
Nu moet ik het doen met deze kiekjes.