Alles is nu afgebroken. Allen de statige toren staat nog fier overeind. Ik zie hem vanuit de verte al staan.
“Er is maar één hijskraan in Nederland die deze hoogte kan bereiken,” vertelt een buurtbewoonster mij. “Daarom wordt de toren pas in januari gesloopt.” Ze kijkt omhoog. Enkele voorbijgangers nemen gretig foto’s. Ook een professionele fotograaf staat even stil. Het blijft een happening. Zo’n enorme kerk met jaren aan geschiedenis. Nu helemaal kaalgeplukt.
“Ik kijk er elke dag naar,” vertelt de buurtbewoonster. “Nu het nog kan.”
Ze vertelt verder: “er is een nieuwe wet in de maak. Een wet die de kerken gaat beschermen. Kerken die belangrijk zijn voor het aanzien van de buurt zullen in de toekomst een nieuw bestemmingsplan krijgen waardoor ze kunnen blijven staan.”
Te laat, denk ik bij mijzelf. Deze imponerende kerk heeft het niet gehaald. Maar misschien was het wel nodig om de gemeente te laten beseffen dat dit echt niet kan.
Bij de deels afgebroken pastorie staat een eenzame stoel tegen een tegelwand. Het gebouw lijkt wel doormidden gehakt. We kijken als een poppenhuis naar binnen.