Het is te laat, de bomen worden gekapt. Na de zomer gaat het beginnen.
De zware oude kastanje bomen moeten plaatsmaken voor nieuwe tramrails. De grond is verzakt. En de gemeente wil een nieuwe tram kopen.
De Scheveningseweg is een van de oudste lanen van Nederland en die bomen zijn een wezenlijk onderdeel van die laan. Gek, ik zeg laan maar het is Scheveningseweg. Maar de definitie van laan is toch een weg met aan weerszijden bomen?
De Scheveningseweg ligt naast de Scheveningse Bosjes en is omringd door bomen.
Bomen zijn erg belangrijk voor ons welzijn (zie mijn blog over bosbaden). En juist hier, waar er zoveel van staan, wel acht rijen dik, moeten er meer dan honderd weg. Juist op dit punt, waar de overgang van stad naar natuur zo direct voelbaar is. Juist hier waar ik fluitend over het fietspad ga in de frisse schaduw van het bladerdek en een veelheid aan geuren. Juist hier waar je geen afstand tussen A en B aan het afleggen bent. Maar waar je intens geniet van een oeroude weg omringd door oeroude bomen. Juist hier. Waar de verkeerde mensen de verkeerde beslissingen hebben genomen.
Wist je trouwens dat de Scheveningseweg vroeger een tolweg was?
Er waren eerst alleen maar duinpaden die naar de zee leidden. Zo was de weg tussen Den Haag en Scheveningen ook een zandpad.
Voor vissersvrouwen geen pretje. Die moesten met zware manden via dit zandpad van Scheveningen naar Den Haag en terug.
Daarom werd er in zestienhondervijfenzestig besloten een verharde weg aan te leggen. Onze Scheveningseweg. Maar omdat er zoveel klinkers nodig waren om deze weg te bouwen, besloot men er een tolweg van te maken. Zodat mensen moesten betalen om de weg te gebruiken en de kosten terugverdiend konden worden. Met een echt tolhek en tolhuisje.
Gelukkig niet voor de vissersvrouwen, maar wel voor de koetsen en wandelaars.
Later werd de tolweg weer opgeheven omdat er teveel andere wegen kwamen.
Ik ging zitten in De Oude Tol. Dat is een koffietent aan het begin van de Scheveningseweg. Ik keek naar de bomen. En de vele rode hartjes er op getekend. Het teken dat ze nog maar even te leven hebben. Op hetzelfde moment kwam er een tram voorbij. Even kon ik een gevoel van afkeuring niet onderdrukken. Hier was het allemaal om te doen geweest.
Ik keek naar de tramrails. Verborgen onder een laagje gras. En zuchtte. Jammer dat ik er niks tegen kon doen.
Adieu bomen.