Als wij op straat lopen en een voetganger passeren zeggen wij gedag of niet. Het hangt van veel verschillende factoren af of dat wel of niet gebeurd.
Over het algemeen kan ik wel zeggen dat de meeste mensen geen zin hebben om dag te zeggen. Dat woordje kost vaak net teveel moeite.
Als je buiten loopt en een tijdlang zwijgend in je eigen wereld hebt gezeten of niks te delen hebt met je partner, kan deze korte ontmoeting het uiterste van je vergen. Dat is waar. Het hangt er van af hoe je in elkaar steekt.
Of op welke manier je elkaar passeert.
Ik ben eens gaan experimenteren met ‘dag’ zeggen en besloot Iedereen die in een straal van twee meter langs mij zou gaan lopen te begroeten. Niet in drukke winkelstraten natuurlijk maar wel in rustige straten en buurten. De ideale omgeving.
Al vrij snel kon ik inderdaad bevestigen: Mensen vinden begroetingen niet leuk. Een eventueel aankijken of glimlach is acceptabel maar meer dan dat ook niet.
Toch kan het woordje ‘dag’ ook bevrijdend werken. Even weg van je gedachten, even een kort moment van contact, even een gebeurtenis delen of samen zijn.
Je hebt ‘dag’ of ‘hallo’ in allerlei variaties: zachte, schorre, hartelijke (zelden), fluisterende, beleefde, korte, lange, hoge, lage, boze, vriendelijke, in zichzelf gekeerde enzovoort.
Voetgangers in een natuurgebied staan meer open. Ze begroeten je en stralen uit blij te zijn met dit korte moment van samenzijn. Ze willen zelfs nog wel eens zover gaan een praatje met je aan te knopen. Waarschijnlijk omdat je dezelfde hobby deelt. Of omdat ze sowieso meer ontspannen zijn.
Na mijn ‘dag’ experiment besloot ik een tijdje mensen niet meer te begroeten. Een blik of glimlach zou moeten volstaan.
Tot vandaag.
Ik liep de Appelstraat in (zie wandeling) op weg naar café ‘Appels en Peren’ om daar te gaan schrijven.
Op de middenberm, zo’n zeven meter verder, zie ik een bekend gezicht. Een Turkse man die naar mijn weten ooit in mijn buurtsuper heeft gewerkt. Maar zeker weten doe ik het niet. Hij kijkt mij aan en roept: “hé, dat is lang geleden!”
Nou scheelt het misschien dat dat gezicht mij bekent voorkwam, maar zelfs met bekende mensen uit te buurt ben je nooit zeker van een hartelijk ‘hallo’, dus dit was zeker een opvallende situatie.
Ik wou doorlopen maar hij was duidelijk in voor een praatje. Hij had een hele rustige uitstraling. Deze man kende geen stress. Hij kwam naar mij toe en vroeg of ik niet moest werken. “Ja, half,” zei ik. Dat begreep hij niet helemaal maar dat was niet erg. Hij vroeg waar ik vandaan kwam. Daarna vertelde hij dat hijTurks was, Koerdisch Turks. “Wat leuk,”zei ik, “dat hoor je niet vaak. Ik vroeg hem wat hij deed en hij vertelde mij dat hij wat aan het wandelen was en net koffie had gedronken. Dat kom ik niet vaak tegen, mensen die hetzelfde doen als ik. Dus vertelde ik hem dat ook ik koffie ging drinken.
“Wij volgende keer samen koffie drinken,”zei hij en gaf mij een warme handdruk. Blij liep ik naar mijn cafeetje, klaar om deze ontmoeting op te schrijven.
Met een heerlijk twaalf uurtje.
Heb je ook ervaringen met ‘dag’ zeggers? Laat het me weten door een reactie te schrijven op deze blog.