Op weg naar het Rodekruisplantsoen zie ik tussen het oud papier in een tas op straat opeens een Sudoku-boekje liggen. Niet het Sudoku-boekje, maar de opengeslagen puzzel trekt mijn aandacht. Deze puzzel is namelijk niet af. Lege vakjes wachten erop ingevuld te worden. Maar de puzzel wordt niet verder ingevuld. Want die is te moeilijk. De puzzelaar kan niet meer verder.
Wat verderop staat een oude vuilnisemmer met bloemetjes erin. Wat een vrolijk gezicht. Het geeft je al een beetje het gevoel van de lente.
In dezelfde straat zie ik een gedeukte auto staan. Zo, die heeft een flinke klap gehad. Zelfs het nummerbord is eraf gevallen.
Eindelijk kom ik aan bij het Rodekruisplantsoen. Daar ben ik lang niet geweest. De teksten op de bankjes trekken mijn aandacht.
Maar wat zie ik nu?
Een blikje bier op het bankje!
Nou ja.
Verderop in het plantsoen staat een boom met een witte kroon statig te wezen.
Op het pad liggen veel wormen. Waarschijnlijk omdat het zo geregend heeft.
Als ik het plantsoen uitloop kom ik deze super leuke camper tegen. Een oude Duitse brandweerauto.
Kijk die rood-witte lantaarnpaal daarachter. Die heeft precies dezelfde kleuren als het busje.