Zouden wij hier in tijden van nood kunnen overleven met wat de natuur van Den Haag ons te bieden heeft?
Mijn eerste antwoord zou onmiddelijk ‘nee’ zijn. In een stad valt niks te halen. Maar dat ligt toch wat genuanceerder heb ik gemerkt.
Allereerst is een stad natuurlijk niet alleen een stad. Er zijn ook parken, plantsoenen en groenstroken. Maar die lijken op het eerste gezicht toch te gecultiveerd om aan eetbare producten te denken. Toegegeven dat je in Den Haag steeds meer buurttuinen krijgt waar je gratis kruiden en andere gezonde zaken kan plukken. Maar die neem ik nu even niet mee in mijn zoektocht, omdat die vaak van een hek zijn voorzien en dus niet vrij in de natuur staan.
Het gaat dus over het vinden van eetbaar voedsel op straat of in de natuur.
Ik liep in de Akeleistraat. Een gewone straat in een gewone wijk. En ja wel hoor, daar had ik meteen al mijn eerste vondst. Hazelnoten!
En tegelijkertijd ook mijn eerste dilemma. Want, wanneer hebben we met de openbare ruimte te maken en wanneer niet? Mocht ik mij deze hazelnoten toe-eigenen?
Deze boom stond namelijk in een tuin. Maar door zijn overhangende takken vielen de vruchten op straat. Smekend om geraapt te worden. Leek mij.
Ik zag hun verse harde bruine hulst met in het midden het zachte eetbare bruine bolletje.
Ik had het al zo vaak gedaan. Ik stopte er een paar in mijn zak en liep verder.
Toch vroeg ik mij af of ik mij zojuist bezondigd had aan criminele activiteiten. Had ik iets meegenomen wat niet van mij was?
Wel of niet legaal, de noten zouden waarschijnlijk toch niet door een ander opgeraapt worden.
Datzelfde dilemma had ik op de Valkenboskade bij het zien van deze prachtige bos rozemarijn.
Deze struik stond weliswaar onder het raam van een bewoner, maar de plant hing ver over de stoep heen.
Daardoor leefde ik toch in de veronderstelling dat ik hier met een grensoverschrijdende plant te maken te had waar ik een takje van af mocht breken. Buiten het feit dat deze struik zó groot was dat de eigenaar dit waarschijnlijk toch nooit zou merken.
Ik rook eraan. Heerlijke geur.
Ik zag ook wat andere opvallende objecten. Bijvoorbeeld deze zelf gefabriceerde plantenbak van autobanden.
Of deze bus met papyrus.
Na wat straten afgestruind te hebben ging ik toch maar richting de duinen. Dat bleek een goede keus.
Eerst was er een pruimenboom. Oké, er hing nog maar één pruim aan een tak, maar de pruim was wel een eetbare pruim.
Daarna kwam ik langs deze bramenstruiken.
Ze waren nog niet allemaal rijp. Maar je kan er heerlijke jam van maken. Of verwerken in salades.
En dan de rozenbottels.
Ik zag zowel rode als oranje rozenbottels. Ook hier kan je jam van maken.
Toen passeerde ik wilde rucola. Met hun gele bloemetjes. Niet te geloven hoeveel wilde rucola ik zag. De italianen gebruiken deze bladeren al decennia lang in hun salades. Wij nu ook.
Paardenbloemen. Ja, wat moet je daar mee? Dat is toch konijnenvoer?
Nee hoor! Wist je dat er thee van kan maken? En die zorgt ook nog eens voor een goede stoelgang? Verder wordt het ook gebruikt voor salades.
Duindoornbessen. Vollop te vinden in de duinen. In duindoorn zit een enorm hoge concentratie aan vitamine C. Vooral bij griep kan duindoornsap een goede aanvulling zijn.
En toen vond ik dit:
Snoep.
En vier sigaretten.
De vraag is of ik dat ook bij mijn verzameling kan leggen.
Een sigaretje met een salade van paardenbloem, rucolo, braam en hazelnoot. Afgesloten met een pruim en twee suikersnoepjes. Mm…niet gek toch?
Ik raapte de sigaretten niet op. Misschien was iemand zijn verloren sigaretten aan het zoeken.
Na de duinen liep ik richting de Bosjes van Poot. Want daar staan veel bomen.
En ja hoor, daar vond ik eikels.
Eigenlijk heb ik nooit geweten dat eikels eetbaar zijn. Ik heb juist altijd begrepen dat ze giftig zijn. Maar, ze blijken erg gezond. Zo gezond dat ik morgen een paar receptjes zal posten.
Brandnetels. Het hield niet op. Wat een overdaad aan eetbare planten hebben we hier toch!
De brandnetel is een plant waar de meesten liever snel van weglopen omdat ze prikken. Maar als je ze plukt doe dat dan tijdens de ochtenddauw, dan voel je niks. En pluk vooral de toppen van de plant, het liefst van jonge brandnetels. Van brandnetels kan je thee of soep maken.
Dennennaalden. Ja, het moet niet gekker worden. Maar ook die zijn te gebruiken.
Van dennennaalden kan je namelijk thee maken. Gewoon een paar gedroogde dennennaalden in stukjes breken en samen met water aan de kook brengen. Kwartier laten koken en klaar.
Zuring bij de Mient. Goed voor een gezonde salade.
Nou, ik had maar een uurtje gelopen en al zoveel eetbaars gevonden!
En dan heb ik het nog niet eens de mosselen genoemd die je van de pier kan plukken.
Ha Barbara, altijd leuk om jouw blogs lezend mee te wandelen en alles altijd ook zo herkenbaar beschreven.
Groet Han.