Ik was van plan iets te gaan schrijven over het uitzicht op het strand.
Maar in de duinen op weg daar naar toe ruik ik zo’n onaangenaam warm zoete lucht, dat ik dat eerst even wil onderzoeken.
Ik kijk voor me. En zie een hond in hurkhouding. Uitgebreid bezig te poepen. Voor mijn neus. Twee mannen kijken er even naar en lopen door. De geur dringt diep mijn neusgaten binnen.
Ik kijk naar twee klein gedrongen keutels op het pad. Vers gelegd. De damp komt er nog van af.
Waarom ruimen die mannen deze drol niet op? De hond rent weg.
Als ik verder kijk blijkt het hele pad bezaaid met drollen. Dat kan toch niet?? Dat is toch iets van vroeger tijden? Iedereen ruimt toch tegenwoordig zijn of haar eigen hondendrollen op?
Of zijn de duinen de plek waar je stiekem kan doen wat je eigenlijk altijd hebt willen doen: ‘Schijt hebben aan de regels’.
Er is jaren geleden een enquête geweest over de grootste ergernissen in je buurt. Ik vinkte toen hondenpoep aan omdat ik te vaak bij het verlaten van mijn auto over zo’n warme brij gleed. Niet lang daarna kwam er tot mijn vreugde een nieuw beleid: iedereen moest de drollen van zijn eigen hond opruimen. En er kwamen extra hondenuitlaatplaatsen. Ook zag je kastjes waar je een zakje uit kon trekken om de poep mee op te ruimen. Die zakjes zie ik overigens nergens meer. Maar er kwam een duidelijke kentering in de hoeveelheid poep op straat. Sterker nog, ik had sindsdien eigenlijk nooit meer last van een drol op straat.
Behalve in deze mooie duinen dan. Waar de frisse zeewind plaats moet maken voor onaangename geuren.
Ik ben alle drollen gaan fotograferen die ik tegenkwam.
Leuke stukjes en foto’s Barbara. Lees ze met veel plezier! Liefs Mak
Wat leuk om te horen Mak!